Scroll Top

Blog 8: Te lief voor deze wereld

Marije Pietersma (1979) woont met haar dochters, partner en drie katten óp Scheveningen. Ze schrijft o.a. over autisme (boek: Vleugels met een Pleister), houdt zich bezig met neurodiversiteit op de werkvloer (The Brain Hub) en is daarnaast geregeld op het strand of in de zee te vinden.
Ze schrijft over haar eigen ervaringen met ASS, ADHD en Dyslexie, van de uitdagingen tot de soms hilarische momenten dat het met zich meebrengt in het gezinsleven

Wat als je te lief bent voor deze wereld? Daar denk ik wel eens aan als ik naar mijn oudste dochter kijk. Met haar zestien jaar heeft ze al heel wat meegemaakt. Ze heeft meer meegemaakt dan ik voor ogen had toen ze als blakende bolle baby met de mooiste blauwe ogen van de wereld in mijn armen lag. Een lachebek van hier tot Tokio. In de nacht lag ik soms te wachten tot ik een klein huiltje hoorde en ik struikelend over mijn eigen voeten naar haar kamertje rende. Het liefst had ik haar bij mij gehad. Altijd. Maar er werd anders besloten omdat het in die tijd zo hoorde. Zes weken “mocht” een baby bij de ouders op de kamer en daarna was het tijd om naar een eigen kamer te gaan.

“Hoe vaak komt ze ’s nachts?” vond ik echt de raarste term die ik ooit had gehoord. “Ze komt niet. Ik ga altijd naar haar toe!”, antwoorde ik braaf op de vraag van het consultatiebureau. Ze dachten toen nog dat ik een grapje maakte, maar ik vond er oprecht niets grappigs aan.

Vanaf de eerste seconde dat wij oogcontact hadden gemaakt waren wij een soort team. Thuis speelden we nooit echt, we waren samen.

Op de crèche speelde ze ook nooit. Ze was daar ook samen met de begeleidsters. En tot verbazing en hilariteit kon ze eten als een nijlpaard. Er zat oprecht geen stopknop op.

Met haar enorme blauwe ogen en haar blonde krullen was ze een kleine woest slissende Shirley Temple. Ze kon snel teksten uit haar hoofd leren en samen zongen wij alle coupletten van Land van Maas en Waal en Jan Klaassen de Trompetter. Met een bijpassend dansje uiteraard. Je zal maar zo’n moeder hebben…

Later, zo rond een jaar of zeven was ze heel lang weg toen ze in een restaurant naar de wc moest. “Nee laat haar maar even, daar wordt ze zelfstandig van”, zei de aanwezige oma. Ondertussen had ik hele ontvoeringscenario’s in mijn hoofd en zag ik haar al op een Amber Alert staan. “Ik ga toch maar even’, zei ik. “Nee, ze komt vanzelf terug.” Ok. Oma’s weten het schijnbaar altijd beter.

Ze kwam terug en was nogal bezweet voor een meisje van zeven. “Lieverd”, zei ik, “Waarom duurde het zo lang? Je was toch niet opgesloten?”

“O nee mam, er was een mevrouw in een rolstoel die hulp nodig had op de wc, dus ik heb haar geholpen.”

Ze was niet weggerend, had geen vragen gesteld maar was gewoon gaan helpen.

Nog weer later, zo rond groep zeven kwam ze geregeld thuis met het verhaal dat er niemand wilde afspreken na school. “En weet je mam, dan zegt Teuntje dat ze naar de dokter moet of moeten winkelen met oma, en dan zie ik Teuntje gewoon met Elise in de Albert Heijn. Dat is toch gek? Als ze niet met mij wil spelen kan ze dat toch gewoon zeggen? Waarom liegen ze?

Nog weer later keerde een beste vriendin als een blad aan de boom ineens tegen haar. Uitgerekend nadat ze de eerste week van de grote vakantie met elkaar op vakantie waren geweest. Mijn dochter was na de zomervakantie op school nog steeds dezelfde en zat niet bedolven onder een deken van Douglas materiaa en helaas kwam haar heel duur te staan. Zelfs zo duur dat ze met kerst van school af moest omdat het niet langer ging.

Bij mijn dochter is een afspraak bindend. Kruipt helemaal en vooral diep in haar schulp als iemand zijn stem verheft. Het lot van anderen trekt ze zich soms zo erg aan dat ze soms niet durft te vragen hoe het met iemand gaat. Neemt alles een heel stuk letterlijker dan een ander.

Onlangs stak ze een heel verhaal op over dat ze naar een heel cool feest in de stad wilde op donderdagavond. Ietwat misselijk en met een kloppend hart vroeg ik hoe ze dat voor zich zag terwijl ik acuut honderd redenen verzon waarom ze niet zou mogen.

“Maar het is bij Fleur thuis en zij woont in de stad. Ik heb een appje van haar vader over het verrassingsfeestje voor haar 16e verjaardag”

“O gut kind, veel plezier. We halen je rond 22.00 op ok?”

“Ja tuurlijk mam, dank je wel!”

Als je mijn blog wat vaker leest dan weet je ook dat het leven haar te zwaar werd in oktober. En dat we door een hele woelige en verdrietige tijd gingen met elkaar. Inmiddels zijn we erachter wat haar grootste uitdaging is en als ik het in mijn woorden samenvat is dat ze oprecht te lief is voor deze wereld. Dat is ook mijn dochter zoals ik haar ken. In de afgelopen maanden hebben we (en zij uiteraard het meest) kei- en keihard gewerkt om te komen waar ze nu is. Waar ik haar met een gerust hart naar een verjaardag kan laten gaan. Ze enorm blij is met haar eerste vriendje en haar lieve (nieuwe!) vriendinnen die haar op haar slechtste momenten hebben meegemaakt en haar nooit in de steek hebben gelaten. En op die slechte momenten peperkoekhuisjes met haar gingen maken. Wanneer je eigenlijk te lief bent moet je een tribe van gelijkgestemden om je heen verzamelen. Met tranen in mijn ogen kijk ik van een afstandje naar haar tribe en prijs ik ons gelukkig met de lieve mensen die we hebben verzameld. En te lief? Dat kan eigenlijk niet. Ik zou willen dat er veel meer mensen waren zoals zij. Dan hadden we echt nergens oorlog gehad. Ik weet het zeker.

Privacyvoorkeuren
Wanneer u onze website bezoekt, kan deze informatie opslaan via uw browser van specifieke services, meestal in de vorm van cookies. Hier kunt u uw privacyvoorkeuren wijzigen. Let op dat het blokkeren van sommige soorten cookies van invloed kan zijn op uw ervaring op onze website en de diensten die wij aanbieden.