Scroll Top


TEKST: MARISCA MILIKOWSKI

Wat kan een school doen om een leerling met ernstige rekenproblemen zo goed mogelijk te ondersteunen?
In dit artikel gaat psycholoog Marisca Milikowski van het instituut voor rekenen en dyscalculie De Rekencentrale in op de belangrijkste aandachtspunten.

Wat is dyscalculie?

Dyscalculie is een stagnatie in de ontwikkeling naar vloeiend rekenen. Voor de meeste kinderen verloopt die ontwikkeling zonder al te veel problemen. 5+3? dat is natuurlijk 8, weet iemand na verloop van tijd. Dat kan toch gewoon niet anders? Maar sommige kinderen blijven de som uittellen, en dat heeft een goede reden. Het lukt hun hersens namelijk niet om getallen als 5, 3 en 8 automatisch ‘scherp’ te krijgen. Buurgetallen als 7 en 8 vloeien een beetje in elkaar over. Een volwassene met dyscalculie vertelde me dat voor hem getallen net ‘glibberige zeepjes’ zijn. Daarom wist hij nooit zeker of de uitkomst van 5+3 nu 7 of 8 was. In zulke gevallen is tellen de enige manier om het goede antwoord te vinden.

Getalgevoel

Bij dyscalculie gaat het dus niet over moeilijke sommen. Het gaat niet over breuken en procenten. Het gaat niet over getallen met veel cijfers achter de komma. Nee, het gaat over het basisrepertoire. Snel de plek in de telrij kunnen aanwijzen van 4. Of van 13. Snel en automatisch weten wat groter is, 7 of 8. Niet hoeven tellen om te weten dat 6+3 minder is dan 10. Die heel eenvoudige kennis, dat getalgevoel dat de meeste kinderen al rekenende ontwikkelen, vormt zich onvoldoende bij kinderen met dyscalculie.

Extra hulp nodig

Maar dat betekent niet dat hun rekenontwikkeling moet stagneren. Het betekent niet dat een leerling pas verder kan als de bewerkingen tot 20 zijn geautomatiseerd. Nee, ook een leerling met dyscalculie kan verder komen in de stof en daar behoort de school ook voor te zorgen. Natuurlijk is er extra uitleg, extra herhaling, extra oefening nodig. Daar heeft de bewuste leerling recht op. Dat is het extra dat nodig is. Maar daarnaast moet de leerling ook verder komen in het meer gevorderde rekenen.

Ambachtelijk rekenen

De cijferende aanpak van optellen, aftrekken en vermenigvuldigen is voor kinderen met rekenproblemen zondermeer de beste weg. Het is een weg die zekerheid geeft. Je moet de procedure leren beheersen, inderdaad, maar dan heb je ook wat. Je kunt met die methode elke plus- en minsom oplossen zonder in de knoop te raken.

Om grote getallen te kunnen optellen en aftrekken heb je geen bijzonder sterk getalgevoel nodig. Het is een ambachtelijke manier van rekenen. Het voordeel is bovendien: door grote getallen onder elkaar te zetten en op te tellen of af te trekken oefen je ook de combinaties tot 20! En het gebeurt op een interessante manier. Een manier die het kind niet nodeloos klein houdt. En wat het vermenigvuldigen betreft: geholpen door een tafelkaart kan elk kind grote keersommen leren. Ook de opbouw van het tientallig stelsel kan een kind met dyscalculie leren begrijpen en kennen. Hij of zij kan prima leren wat de cijfers waard zijn in een getal als 1.234.567.

AFBEELDING BOEK: (zie artikel qr code)
EAN: 9789024447824 € 29,50

Wat leerkrachten en scholen moeten weten over dyscalculie

 Dyscalculie komt even vaak voor als dyslexie. Je kunt ervan uitgaan dat gemiddeld elke schoolklas een leerling met dyscalculie telt, schreef de Vlaamse prof. Annemie Desoete ooit. En dat klopt. Maar bij scholen is veel meer bekend over dyslexie dan over dyscalculie. Daarom krijgt een kind met dyscalculie lang niet altijd de hulp die nodig is. Bovendien leidt dat gebrek aan kennis van dyscalculie ertoe dat de perspectieven van een leerling te laag worden ingeschat. Immers: ook met dyscalculie kunnen leerlingen soms havo of zelfs vwo halen.

  •  Bij onze praktijk De Rekencentrale zijn het vaak ouders, en niet scholen, die een leerling aanmelden voor een dyscalculieonderzoek. Hoe kan dat? De reden is, heb ik gemerkt, dat scholen te lang wachten met het doorhakken van deze knoop.
    Er is te veel aarzeling. Zijn de scores wel laag genoeg? En zullen we niet eerst nog eens dit of dat proberen? De leerling om wie het gaat zit dan soms al in groep 6 of 7, en worstelt sinds groep 3 met het automatiseren van de eenvoudige bewerkingen. Een duidelijk signaal!
  •  Scholen denken soms dat er eerst driemaal achter elkaar een E (of een V) op de Cito moet zijn gehaald.
    Dat is onjuist. Een kind met een goed verstand kan ondanks zijn of haar dyscalculie C’s en zelfs soms B’s voor de Cito’s halen. Cito-opgaven doen een beroep op redeneren, en niet op simpele rekenautomatismen. Om die te onderzoeken kun je beter de
    TTA (Tempo Test Automatiseren) gebruiken, of de Nederlandse Dyscalculie Screener (NDS). Leerkrachten en Intenr begeleiders mogen die tests zelf afnemen.
  •  Maar ook dan is het nodig om je eigen verstand te blijven gebruiken. Als er hard is geoefend zonder veel resultaat, als het contrast met de andere vakken aanzienlijk is, als de leerling door haar of zijn onvermogen met rekenen faalangstig wordt en in de put raakt, zou ik zeggen: laat het kind niet doormodderen, maar zoek de weg omhoog en vraag om een onderzoek.

Dit artikel verscheen eerder in Balans Magazine 4 2022. Wil je ook ons magazine ontvangen? Word dan nu lid. Bekijk hier de voordelen.

Vragen?

Heb jij vragen over het onderwijs voor jouw kind? Bel dan eens met onze advieslijn. Hier lees je ons dossier over Dyscalculie. En hier vind je tips om passend onderwijs voor jouw kind te organiseren.

Privacy Preferences
When you visit our website, it may store information through your browser from specific services, usually in form of cookies. Here you can change your privacy preferences. Please note that blocking some types of cookies may impact your experience on our website and the services we offer.